The Breakers – The Breakers/ Suzi Quatro – In The Spotlight

The Breakers - The BreakersWicked Cool Records is eigendom van “Little Steven” Van Zandt, voor muziekliefhebbers ook bekend als lid van Bruce Springsteens E-Street Band, voor televisiekijkers vooral bekend als Silvio Dante uit The Sopranos. Als Van Zandt bij een muzikaal project betrokken is, betekent dat meestal dat het gaat om ofwel soul en rhythm and blues, ofwel garagerock. In het geval van The Breakers gaat het om de eerste categorie. De songs – waaraan ook door Little Steven is bijgedragen – doen wel wat denken aan de J. Geils Band en het rustiger werk van The Black Crowes. Blikvanger is Toke Nisted, zanger van deze Denen. Hij heeft een stem met een rauwe, hese kwaliteit als The Black Crowes’ Chris Robinson. Als de songs deugen en de stem deugt, dan kan er al niet zo heel veel mee fout gaan. En dat gebeurt ook niet. Dat wil niet zeggen dat er niets op aan te merken is, want de echte uitschieters ontbreken nog een beetje en hier en daar had het allemaal wat smeriger uitgevoerd mogen worden. Het is vooral aan Nisted te danken dat het toch van begin tot eind een fijn album blijft.
Suzi Quatro - In The SpotlightWaar de rhythm and blues uit de seventies eigenlijk nooit is weggeweest, is de poppy glamrock na de hoogtijdagen in de jaren zeventig eigenlijk uitsluitend het domein van Britten en Zweden. Suzi Quatro (een Amerikaanse en géén Engelse, zo zag ik tot mijn verbazing) was destijds met The Sweet hét uithangbord voor het songwritersduo Chinn & Chapman. Heel erg Britse glamrock met enorme hitpotentie, maar tegelijkertijd veel braver dan de glam die in de jaren tachtig opkwam in de Verenigde Staten. Quatro bleef vasthouden aan dezelfde stijl, waardoor successen opdroogden en de gaten tussen opeenvolgende platen steeds groter werden. In The Spotlight is haar vierde album in twee decennia, met Mike Chapman als componist en producer. Op dit album zijn ook verdienstelijke covers te vinden van Goldfrapp (“Strict Machine”) en Rihanna (“Breaking Dishes”) en een door Quatro geschreven ode aan Elvis Presley met diens Jordanaires als achtergrondzangers (“Singing With Angels”). Als u na de voorgaande zin denkt ‘ah, op veilig spelen zonder keuzes te maken’, dan hebt u gelijk. Hier en daar wordt geprobeerd modern te doen met wat synths – zij het soms spuuglelijk, zoals in het titelnummer -, maar veel te vaak zijn de songs één groot compromis. Als de productie dan ook nog eens onevenwichtig is, rest een vlak en oubollig album, waarop slechts weinig songs (“Whatever Love Is”, het verglamde “Strict Machine”) zich nog echt aan de malaise kunnen onttrekken.


mij=The Breakers: Wicked Cool / Import; Suzi Quatro: Cherry Red / Bertus

4 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *