Het b-kantje dat een supergroep werd

Mijn bijdrage aan de Eightiesbattle op Ondergewaardeerde Liedjes:

Bij de voorbereiding van dit stukje zag ik tot mijn verbazing dat Traveling Wilburys op Ondergewaardeerde Liedjes slechts in een intro van een battle genoemd werd. Is dat omdat de nummers niet als ondergewaardeerd gezien worden, of zijn ze juist bizar ondergewaardeerd? Ach, het verhaal erachter is te mooi om niet te vertellen.

Electric Light Orchestra’s Jeff Lynne was de producent van het George Harrison-album Cloud Nine en ze wilden wat gasten uitnodigen voor een b-kantje. Roy Orbison kwam in beeld, Bob Dylan had had de thuisstudio waar het nummer werd opgenomen en vroeg of ‘ie mee mocht doen en Tom Petty’s deelname was volstrekt toevallig: Harrisson had een gitaar die hij nodig had bij Petty liggen en besloot hem ter plekke uit te nodigen. Et voila, een supergroep was geboren.

En die naam? Die ontstond uit een geintje in de Cloud Nine-sessies. Bij een foutje in de opname riep Harisson: “We’ll bury that in the mix.” Dat werd een running gag die later goed van pas kwam. Later pas, want “Handle With Care” was toch echt voorbestemd als b-kantje. Bij de platenmaatschappij hadden ze door dat ze goud in handen hadden en ze stelden voor een heel album in die bezetting op te nemen. Dat deden ze.

Ze waren volledig herkenbaar op de hoes, maar hun namen waren nergens op het album te vinden: ze hadden allemaal een pseudoniem gekozen, als broers met de achternaam Wilbury. Drummer Jim Keltner werd Buster Sidebury gedoopt en de liner notes werden onder pseudoniem geschreven door Monty Python’s Michael Palin.

Wat op “Handle With Care” te horen was, bleek voor het hele album te gelden. Hier waren heren aan het werk die elkaar respecteerden en de ego’s thuisgelaten hadden. Daarom was het ook gelukt om “Handle With Care” in vijf uur(!) te schrijven en op te nemen. Dat was goed bevallen, dus het procédé werd nogmaals toegepast. Een nummer per dag, van compositie en lyrics tot opnemen en inzingen.

Het hele album straalde ontspanning en warmte uit, met knappe koortjes, de warme gitaren – een typisch element van veel van Lynne’s producties -, en relatief eenvoudige songs die echter stuk voor stuk meteen bleven hangen. “The End Of The Line”, “Last Night”, “Tweeter And The Monkey Man” en “Heading For The Light” werden allemaal hits, maar “Handle With Care” was de track die het allemaal in gang zette. Een liefdesliedje dat wordt voortgedreven door de gitaren.

Orbison heeft het succes maar beperkt meegekregen. Het album verscheen op 18 oktober 1988 en Orbison overleed op 6 december van dat jaar. Hij werd in de video van de tweede single “The End Of The Line” op fraaie wijze herdacht: zijn gitaar staat daarin in een schommelstoel.

Ondanks het verscheiden van Orbison verscheen er nog een tweede album, Vol. 3, met echter beduidend minder succes. Een interessante release was nog een cover van “Nobody’s Child”, die aanvankelijk alleen op de benefiet-cd Nobody’s Child: Romanian Angel Appeal verscheen.

Harrison heeft na 1995, toen Warner Bros. de rechten kwijtraakte, herdrukken van het album tegengehouden. Pas in 2007, zes jaar na zijn dood, verscheen The Traveling Wilburys Collection, inclusief Vol. 3, alsmede extra’s, waaronder “Nobody’s Child” en een dvd met een korte documentaire over de totstandkoming van Vol. I.

En dat allemaal naar aanleiding van een b-kantje.

Lees vooral ook de andere bijdragen aan de Eightiesbattle op Ondergewaardeerde Liedjes.